In 1938-’40 wordt Tsjechoslowakije opgedeeld. Op 15 september 1938 krijgt Hitler tijdens een ontmoeting in Berchtesgaden in ruil voor vredesbeloften toestemming van de Britse premier Neville Chamberlain om Sudetenland in te lijven. ‘Etnische Duitsers’ vormen de grote meerderheid van de bevolking in dit noordelijke deel van Tsjechoslowakije. Op 18 september gaat ook de Franse premier Édouard Daladier akkoord met de annexatie. Aan de Tsjechoslowaakse regering wordt niets gevraagd. Zonder dat er een schot valt, is de annexatie begin oktober ’38 een feit.

Tsjechoslowakije verliest bovendien gebieden aan Hongarije (in zuidelijk Slowakije) en Polen (een deel van Silezië).

Half maart 1939 bezet Duitsland de Tsjechische provincies Bohemen en Moravië (die tot Duits protectoraat worden uitgeroepen) en scheidt Slowakije zich af. In het ‘protectoraat’ leven circa 120.000 Joden. 26.000 van hen slagen erin te emigreren.

In november 1941 beveelt SS-leider Reinhard Heydrich de vorming van een getto-annex-concentratiekamp in Theresienstadt (Terezin in het Tsjechisch), zestig kilometer ten noorden van Praag. Het is een ‘modelkamp’, waar vertegenwoordigers van het Rode Kruis worden rondgeleid. De nazi’s laten zien hoe goed de Joden worden verzorgd.

Theresienstadt is echter vooral een doorvoerkamp, van waaruit onder leiding van Adolf Eichmann Joden naar de vernietigingskampen worden gestuurd.

Naar Theresienstadt worden circa 141.000 Joden gestuurd, 75.000 uit Tsjechië, 42.000 uit Duitsland, 15.000 uit Oostenrijk, 5.000 uit Nederland en de overigen uit Hongarije, Denemarken en Polen.

Ruim 88.000 mensen worden vanuit Theresienstadt naar Polen en de landen aan de Baltische Zee gedeporteerd, waar de meesten worden vermoord. In Theresienstadt zelf sterven 33.500 mensen. 2.500 ontsnappen. Als Sovjet-troepen op 9 mei 1945 het kamp binnenkomen, treffen ze daar bijna 17.000 overlevenden aan.

In totaal werden 78.000 Tsjechische Joden vermoord.

Van de naar schatting circa 35.000 Sinti en Roma in Tsjechië vluchten duizenden na de Duitse bezetting naar Slowakije. Van de ten minste 115.000 Sinti en Roma uit Tsjechië en Slowakije zijn er 15.000 tot 40.000 vermoord.

Gemengd gehuwde Joden
Tot midden 1944 worden Joodse Tsjechen die gemengd gehuwd zijn gewoonlijk niet naar concentratiekampen gezonden, maar vanaf begin augustus 1944 worden ze alsnog opgepakt. De gemengd gehuwde Joden uit Praag worden naar het terrein van de sportclub Hagibor gedeporteerd.

Correspondentie tussen leden van de familie Leiss die zich op drie verschillende plekken bevinden. De moeder schrijft op 25 november 1944 vanuit Hagibor naar haar dochter Eva in Plzen (Pilsen). Haar echtgenoot Josep Leiss schrijft op 19 december 1944 vanuit Wohnlager 1 Postelberg (in Praag) naar zijn vrouw in Hagibor. Hij was niet Joods.
De moeder heeft de woorden genummerd. Ze mocht maximaal 30 woorden schrijven.

EvaLeissAchter189

EvaLeissAchter191

25-11-1944

Lief Evaatje!
Denk aan jou, heb geen nieuws, schrijf wat je doet, ben je gezond? Ik ben gezond, heb je al dingen uit Praag? Schrijf meteen een kaart.
Veel groeten en kussen
Moeder.

Theresienstadt-NIOD

Barakken in Blok 4 van het kamp Theresienstadt; © Collectie NIOD, Beeldbank WO2

Mein-Liebling-voor

Mein-Liebling

19-12-1944

Mijn lieveling!
Het gaat goed met mij. Maak me echter zorgen om jou. Kerstavond zal ik alleen doorbrengen, opdat niemand mij in mijn gedachten aan jou en Eva stoort.
Met heel mijn wezen bij jou,
Talka

HagiborPrag

HagiborPragAchter

Briefkaart van 30 januari 1945 naar Schwerinstrasse, Barak 9 in Praag. Als deze kaart in Hagibor aankomt is de gevangene reeds gedeporteerd naar Theresienstadt (met transport AE2/287), zo blijkt uit de op de kaart getypte tekst.
30-1-1945

Mijn liefste Pappa!
Je lieve kaart ontvangen. Ik heb je direct na mijn aankomst in Ostrau geschreven. Ik voel mij wat mijn gezondheid betreft goed. Ik ga vlijtig naar les. Rie heeft ook weer geschreven.
Kussen Trude